top of page
fotoboek.jpg

ISBN: 9789085601500

Martine Delfos, ‘Autisme als atypische ontwikkeling’

In Autisme als atypische ontwikkeling beschrijft Martine Delfos voor het eerst de kenmerken van autisme zoals die voortspruiten uit de Theorie van het Socioschema met de MAS1P (Mental Age Spectrum within 1 Person), de regenboog aan mentale leeftijden binnen één persoon.

 

Helder wordt beschreven hoe deze kenmerken met elkaar samenhangen en hoe ze logischerwijs uit elkaar kunnen volgen.

Het gaat om vier kenmerken plus de twee kenmerken die het gevolg zijn van hoe de mens met autisme tegen de wereld oploopt en de wereld tegen die persoon. De herkenbaarheid van deze kenmerken voor de mensen met autisme en hun omgeving is heel hoog, vergeleken met de oude theorieën. Ze kunnen vertaald worden in een benadering hoe hiermee om te gaan en hoe problemen voorkomen kunnen worden.

 

Een docent uit het speciaal onderwijs zegt hierover:

“Niet meer wat wij 'hun gebreken' noemen, kwam op de voorgrond en niet meer ‘ik als leerkracht’ wist precies wat goed voor ze was, maar zij gingen me zelf dingen vertellen. Ik kreeg een inzicht in hun (denk)wereld en ontmoette mijn leerlingen op een andere manier. Er ontvouwde zich een heel ander perspectief. Hun kwaliteiten en mogelijkheden kwamen op de voorgrond. Zij begonnen mij te vertellen. Ik leerde luisteren en kreeg de boeiendste antwoorden van de kinderen zelf. Een nieuwe wereld ging voor me open”.

Kenmerken van Autisme (De Denkers)

 

1: Leren door begrijpen

Leren door een principe uit te denken. Als je de dingen uitdenkt, dan leer je door de dingen te begrijpen en/of te willen begrijpen. Alle begrijpen begint bij niet begrijpen – dit kan soms angstaanjagend zijn voor de denker, dus leren kan onverwacht angst oproepen. Als je iets niet begrijpt, vind je jezelf niet goed genoeg. Maar als je iets begrijpt, onthoudt je het ook vanzelf.

 

2: Zelfbepaaldheid

Zelf alles oplossen omdat je een denker bent en de dingen zelf uitdenkt.

Zich terugtrekken om te denken en niet delen wat er met ze gebeurt.

 

3: Geen hulp vragen

Omdat je alles zelf uitdenkt leer je niet dat je om hulp kunt vragen. Dat niemand álles zelf kan uitdenken en begrijpen.

De kennis van een ander vragen.

Dit maakt vaak ‘alleenzaam’ en de realiteit wordt vermeden.

 

4: Dagelijkse sociale omgang

Het probleem is niet zo groot, maar het is dagelijks. Er is geen sprake van een defect of stoornis, maar er is sprake van een gebrek aan kennis over de dagelijkse omgang, terwijl het sociale inzicht in mensen tegelijk heel groot kan zijn.

 

Bovenstaande 4 kenmerken hebben de volgende 2 kenmerken als mogelijk gevolg:

 

5: Gevoel uitzetten

Drastisch, door te vermijden. Bijvoorbeeld door te gamen.

Niet meer bij het nare gevoel durven/willen komen.

 

6: Escape/vluchtgedrag

Drastisch, door het te vervangen.

Gevolg è o.a. obsessies / gameverslaving etc.

bottom of page